Minstens één maal per week ga ik naar
mijn ouders. Nu was ik het weekend weg geweest. Helemaal naar dat verre eiland. Ze zou zeker zeggen: Waar wás ik nou toch?! En zo láng?! Gedverderrie!
Maar niets van dit alles . Op de elfde etage staat tot mijn
grote verbazing mijn moeder in de gang, geleund tegen de muur. Strálend.
“Da-hag!”Bén je daar?” roept ze me toe
als ik de lift uitstap. Ze wankelt op me af – zonder rollator – grijpt mijn arm
om samen de gang uit te lopen en naar binnen te gaan.
Ze ploft in de sta-op-stoel. “Zo. Wanneer ……..” en ik weet
dat ze wil weten wanneer ik wéér ga.
“Oh nog lang niet. Met Pasen pas.” Ik kon er op wachten. Ze
heeft het nooit prettig gevonden als ik te lang wegbleef. En nu helemáál niet.
“Ja maar, wannéér…?!”. Allemaal leuk dat Pasen, maar ze is
niet gek. Direct is het aanstaand weekend Pasen en ben ik hem over twee dagen alweer gesmeerd.
“Niet dit weekend, maar het volgende. Over anderhalve week.”
Ze is zichtbaar gerust gesteld. Eindelijk kan ze met haar
ogen dicht in de stoel gaan zitten.
Ik zie dat ze niet tevreden is en vraag wat er is. Ze lijkt
last te hebben van haar hoofd. Dat er niets meer in zit. ”Alles weg.” Dat is
triest en dat vertel ik haar ook. Soms zijn er goede dagen ( ik steek mijn duim
omhoog) en soms slechte (duim naar beneden). Maar dan is de volgende dag vaak
weer goed (duim omhoog). Ze veert op: “precies!”. Knap hoe ze nooit voor altijd
de moed laat zakken.
Ik was haar haar en föhn het. Ze ziet er meteen veel beter
uit. En dat voelt ze ook. Straks gaan ze naar het restaurant om te eten met de
andere bewoners.
“Mam, zullen we daarna even naar de computer gaan? Dan laat
ik u plaatjes van Vlieland zien. De tent en zo..”
“Gedver..nee hoor! Boewaah! Koud!” Ik probeer haar later nog
eens over te halen. Zonder resultaat. Dan bedenk ik me opeens dat ze het ook
voor mij kan doen. Omdat ík het leuk vindt. Dát slaat aan. “Goed” besluit ze en
gaat met mijn vader de deur uit om te eten beneden.
Na het eten komen ze inderdaad naar de computer toe. Ik laat
ze van alles zien. Ook de logjes over haar. Ik lees er eentje voor. Mijn vader
staat perplex. Hij vindt het zowaar mooi. Maar ook zo gek dat iedereen in de
wereld het kan lezen. Ik stel hem gerust met een “ niet iedereen kent Tien hoor..” (alsof dat
ergens op slaat..)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten