vrijdag 26 september 2014

Kleur



Op een zonnig strand doen meisjes hun best de djola-dans in te studeren. Smalle lijfjes, beweeglijk als een slang. De jongens op de achtergrond bewerken de djembe’s in een strak tempo. De doundoun-speler lijkt in trance. Zijn bovenlijf is  gespierd alsof hij drie maal daags de sportschool heeft bezocht. Hij zweet en ramt de stok op de zijkant van de liggende trom. Onder een mangoboom zitten twee jonge mannen glimlachend met elkaar te dammen op een houten bankje. Het bord tussen hen in. Malang maakt met zijn handje een eenogig brilletje en loert erdoor naar de camera. Met zijn andere handje houdt hij Woef vast, een knuffel hond die hem getroost heeft toen hij nog klein was. Een moeder showt haar nieuwe baby en vrolijke jongens verdringen zich voor de camera.

Maar buiten is het donker. Op de ramen liggen piepkleine dauwdruppels. De straten zijn nat en de lucht is grijs. Dit is de werkelijkheid. Dat andere komt slechts voorbij op het laptop screen.  
Al meer dan een week leef ik fysiek in de ene en met mijn hoofd in de andere wereld. Dat komt door het inpakken van alles wat met de container mee moet. Je wilt geen overbodige troep meenemen en dus probeer je je voor te stellen of een kist past, kleren en schoenen wel de goede maat hebben (kids groeien snel in acht maanden tijd) en of het wel of niet te luxe is.  Afgezien van de vele zakken met kleertjes van de buren kreeg ik gisteren een doos opgestuurd. Met daarin het prachtige fun-ondergoed van de Zeeman. Wauw! Ja, die van de reclame, waarin jong en oud, wit en zwart, klein en groot, in de leukste slipjes en bh’s over het scherm dansen. “Voor je sponsordochter Mama”.  Knalroze pikante slipjes met zwart kant afgezet en een sexy zwart bh-tje met rose kant. En ook nog roze meisjes ondergoed compleet met hartjes. En kleurige boxershorts voor mijn jongetjes, met race auto’s. Kippenvel. Zomaar opgestuurd door iemand van Facebook. Nou ja ..niet zomaar iemand..

We kwamen elkaar tegen op internet en ontdekten dat we samen de Kleuterleidstersopleiding gedaan hadden rond 1970. Zij is allang oma en staat nog af en toe voor de klas. Ze woont op het prachtige platte land van Noord Holland. Dat weet ik omdat er een kaart bij de kleertjes zat. Een aquarel van een zonnig Hollands landschap met weidse luchten en groene weiden met slootjes. Zij hoeft niet naar Afrika om de grijsheid te ontvluchten. Want het is daar vast altijd kleurig. Groen en blauw. En geel van de zon.

dinsdag 23 september 2014

Druk



Doos na doos werd zorgvuldig ingepakt. Alles werd gesorteerd op belangrijkheid en bijgehouden op papier. Elk kledingstuk dat door mijn handen ging werd gecontroleerd  - heel? schoon? zomergoed? – en van een labeltje voorzien: voor Arrogi en haar kids, voor Oumi, voor Matou, etc etc.  En nu.. nu het versturen per container bijna daar is? Een drama. Alles wat ik tegenkom en vermoedelijk daar kan gebruiken of hier kwijt wil, kwak ik in een doos met het label ”Echt Laatste Doos”. Batterijen, een verdwaalde kaars, sticks voor de hond, een meisjes badpakje, zware herenschoenen, stroopwafels in een blikje, maandverband voor Mama, een pet voor Tapha. Het kan me niet meer schelen. Na een week inpakken ben ik het zat. Het is ook te zwaar en mijn lijf protesteert. Wat heet..

Gisteravond besloot ik dat het genoeg was. Vandaag moest een rustdag worden.  Om halfnegen vanochtend masseerde mijn fysiotherapeut mijn oververmoeide lijf. Ik had geen armen meer. Mijn rug was een plank. Na een half uur voelde het als herboren en knoopte ik er nog even een bezoekje aan de kapper aan vast. Daarna nog even langs de Zeeman en…    

“Heej!!!!” klinkt het achter me op het fietspad. Ik realiseer me dat ik linksaf ben geslagen zonder om te kijken, rem en…  Mijn fiets blokkeert, het voorwiel slaat om en ik krijg het spatbord in mijn been. Au! Mijn been!! Alsof het spatbord het zo gepland heeft spat het bloed eruit. Paniek! Help! Ik bloed dood.. of zoiets.  Daarna in shock. Met een theedoek van de Zeeman zit ik op de stoeprand mijn been dicht te drukken. Om me heen twee buitenlanders die in een mobieltje schreeuwen "Jullie moet komen! Sjnell!" Er wordt een telefoon tegen mijn oor gedrukt. “Hallo bent u daar? Bent u misselijk? Wat is uw leeftijd? Wij komen er zo aan. Blijf waar u bent!”

Never a dull moment. Story of my life. 
Vijftien hechtingen verder krijg ik de rust waar ik naar verlangde.

vrijdag 19 september 2014

Eten

Waarom zou je Brinta meenemen naar Afrika? En Maaltijdshakes van het Kruidvat? Over de rest - Cup-a-soup/thee/nescafe etc etc -zal ik het maar niet hebben want dan schaam ik me een beetje. Hebben ze daar geen winkels soms?
Ik stel mezelf de vraag regelmatig tijdens het inpakken van de dozen die ik met de container mee stuur. Gevolg is dat ik even verhuis naar mijn plek in Gunjur. En ik heb direct het antwoord: nee ze hebben daar geen winkels zoals wij die kennen. Een Ah of een Aldi is al helemaal iets absurds dat je alleen op de toeristenplekken tegenkomt. En dan vooral rete-duur.
Nee, 'ónze' winkeltjes worden gerund door de buurvrouw op de hoek die een half uur daarvoor 10 stokbroodjes gehaald heeft bij  de bakker in het dorp en het  vervolgens doorverkoopt met 0,1 % winst, in de hoop dat je dan  meteen ook een zakje nescafe of een eitje bij ze koopt. Kortom: zo schiet even iets te eten halen niet echt op. En dus zorg ik dat ik de basis in huis heb. Stevig verstopt in een 4x4 aluminium kist met sloten. Want niet alleen muizen hebben het op het eten gemunt. Bezit lijkt soms niet te bestaan. Alles is van iedereen en het moet gezegd: vooral eten en drinken wordt altijd gedeeld.

Ik was eens op een festival met mijn sponsordochter Mama en had cola voor ons gekocht. Met onze flesjes stonden we tussen het publiek met voor ons wat meisjes van een jaar of twaalf. Toen Mama het flesje voor een derde opgedronken had tikte ze een van de meisjes aan en gebaarde met het flesje dat ze er verder van konden drinken. Ik zou dit nog veel vaker meemaken. Tapha die de onverwachte bezoeker een stuk van zijn stokbroodje aanreikt. En ikzelf - ik ben een snelle leerling - die de enorme gekregen papaya maar meteen in 20 stukken snijd en de groep tuinierende buurvrouwen erop vergast.

Maar om terug te komen op de Brinta. De jongetjes zijn er gek op. Kinderen gaan vaak met een lege maag naar school. Of er moet nog een restje rijst over zijn van de vorige avond, wat al een restje was van de hoofdmaaltijd in de middag. Mijn jongetjes, kleinzoon Malang en zijn onafscheidelijke vriendje Mustapha weten het wel te regelen. MamaTien heeft 'porridge'.  Ik koop enorme blikken melkpoeder daarvoor.  Een paar lepels poeder shaken met een  zakje water - 'naan'- Brinta en suiker erdoor en klaar-is-Kees. Mustapha kijkt steevast bedrukt na de eerste hap. Er zit te weinig suiker in, hoewel hij vindt dat er 'no sugar' in zit. Malang neemt het voor me op en legt zijn vriend uit dat Mama Tien suiker slecht vindt. Maar een gevulde maag wint het altijd van de smaak en dus is de inhoud van het Jip&Janneke schaaltje in een minuut naar binnen gewerkt.

Maaltijdshakes van het Kruidvat zijn enkel en alleen voor mezelf. Is het voornamelijk bedoeld voor dames en heren die af willen slanken, ik gebruik het als 'noodoplossing' wanneer er even geen eten voor handen is. Want wat er gebeurt als ik verga van de honger omdat ik bijvoorbeeld domweg te laat voor  de rijstpot ben op school of bij familie, daar kan ik maar beter niet over uit wijden. Hou het er maar op dat ik totaal ontregeld ben en in totale stress. Nee voor mij geen oorlogswinter als het niet hoeft.

En zo staan er -tig bananendozen gepakt met een mengeling van 'charitygoods' (kleding, speelgoed, etc om uit te delen) en eten. Nu maar hopen dat de muizen op het containerschip niet aan de maaltijdshakes beginnen onder het mom van 'alles samen delen '. Want dat zijn natuurlijk Afrikaanse muizen. Dat zal je altijd zien.

donderdag 18 september 2014

Geduld

Maanden bevond ik me tussen hangen en wurgen. Zou mijn vriend een visum krijgen en hier op vakantie komen, of wat? Geduld is niet mijn sterkste kant maar ik hield het vol, maand in, maand uit. Twee weken geleden was de maat vol. Bijna zes maanden waren verstreken met alleen maar weigeringen, bellen naar Gambia, weer nieuwe documenten aanleveren, weer wachten, etc etc. Ik wist van gekkigheid niet meer hoe ik mijn frustratie weg moest werken. Met eten of met drinken. Het werd het eerste. Toen de weegschaal alarm begon te slaan op die maandagochtend, en de ochtendzon mij op de fiets in het gezicht straalde, wist ik het. Ik neem het roer in eigen handen. Ik wacht niet langer tot de rechtbank eindelijk eens met een datum voor het Hoger Beroep komt. Ik besluit half november naar Gambia te gaan. Mét Tapha als het uiteindelijk toch gelukt is een visum te krijgen of zónder hem.

Van hogerhand werd klaarblijkelijk bepaald dat ik het recht niet had om voorbij te gaan aan onze Rechtsstaat: een dag later lag opeens de datum voor het Hoger Beroep in mijn WhatsApp boxje: 28 november in Middelburg. Stilte. Shock. Dan ben ik al weg. Of moet ik een dag na mijn heldhaftige beslissing schijt te hebben aan alles wat Immigratiedienst heet alweer mijn actie herzien?! Het werd een vreselijke nacht. Van alles dacht ik uit. Van niet gaan en de hele winter met of zonder Tapha aan mijn zijde in Nederland blijven tot niets meer van me laten horen.

De volgende ochtend belde ik met mijn advocaat. Ik kon naar Gambia gaan en dan zou zij de Rechtszitting bijwonen en zo goed mogelijk het woord voor me doen. Waartoe vraag je je af. Ik wilde hem híer omdat ik dáár niet heen kon in verband met mijn herstellende lijf. Stel dat hij een visum krijgt, dan moeten we samen in de winter naar Amsterdam gaan reizen. Nee!! Om een lang verhaal kort te maken: we gaan proberen of hij begin april mag komen. Komen we samen en kan hij eindelijk mee naar Vlieland. Zo gezegd zo gedaan.

Mijn neef uit Australie wilde dolgraag in mijn huis en ik kon er vandoor. En niks wachten tot half november, half october! Wegwezen! Ik wil Tapha zien, Malang knuffelen en voor sponsordochter Mama heeft het ook te lang geduurd. Kanaale!! Kanaale!! Roep ik in de hoorn en sta te trappelen en te kirren als een puber. Ik kom eraan!!

woensdag 17 september 2014

Tent

Dat er nog plek op tafel is voor mijn laptop – of waar dan ook – mag een wonder heten. Boven het scherm zweeft de roestvrijstalen poot van de tafel die normaal gesproken in de loggia staat. Altijd gezellig voor het raam. Al dagen schuift hij op zijn kant door het huis. Ruimtegebrek. Een “De Waard Tent” thuis van een aantal handigheidjes voorzien is behoorlijk uit de hand gelopen. De salontafel met Gispen stoel staat geparkeerd in de hal. De eetkamertafel is al langer volledig volgestouwd met alles wat ik vooral niet mag vergeten. Alleen de bank in de kamer is nog redelijk onbezet als je de kussens, poppen, tafelkleden en spreien niet meerekent, want daar kan je makkelijk je benen op leggen. Handig ook. Want mijn benen moeten de lucht in. Dikke enkels en dooie voeten zijn het gevolg van lange dagen kruipend over de grond en zittend achter de naaimachine.

“Wat jij in je kop hebt heb je niet in je kont zitten” galmt mijn moeder door mijn hoofd. Inderdaad. Ik moest en zou een tent mee naar Afrika nemen omdat de Roundhut nog niet af is. Wat heet.. laten we zeggen dat hij op de helft is. En dus bedacht ik dat ik wel naast de septictanc mijn tentje op kon slaan. Tentje werd een grote Albatros, bestand tegen windkracht 10 ( die heb je daar niet) en waterdicht ( het is er kurkdroog als ik kom). Kortom, een wereldtent voor de Gambiaanse omstandigheden. Hoewel.. zon en muskieten zijn er genoeg. Je dan opsluiten in een tent met slechts 1 hordeur is vragen om moeilijkheden. No problem, ik maak er een tweede hordeur in.

Nu had ik mezelf – en anderen – gezworen dat ik nooit en te nimmer nog een tent onder de naaimachine zou leggen. Ik had zelfs de naaimachine al op Marktplaats staan. Maar ’nood’ breekt wetten. De boel werd aan de kant geschoven en het grote uitrollen kon beginnen. Nu heb ik best een grote huiskamer zo met alles eruit, maar de tent kwam niet verder dan een grote berg katoen met een veel te zwaar verfrommeld en stijf grondzeil eraan vast. Het grote sjorren kon beginnen. En nu, twee dagen verder geef ik mijn moeder gelijk. De deur zit erin, het klittenband tegen schorpioenen en slangen is op het grondzeil gestikt. Morgen nog ‘éven’ een bijpassend zonnedak in mekaar flansen en de boel kan de zak cq de container in. Want begin oktober gaat de tent varen naar Gambia. Dat kan niet elke De Waard Tent zeggen.